Geen enkele noot is
overbodig
Polo de Haas Quartet: Soolmaan, Timeless CD SJP 384
De eerste cd van Polo de Haas' jazzkwartet heeft een paar weken liggen te
verstoffen;
mijn verwachtingen waren niet zo hoog gespannen. De Haas is een
pianistische duizendpoot, maar bevat zijn muziek wel genoeg diepgang?
Zangeres Leoni Jansen kende ik van een tv-programma dat ik heel aardig
vond zolang ze niet ging zingen. De bas wordt bespeeld door Egon Kracht,
die nog maar net komt kijken. Die verwachtingen bleken echter thuis te
horen in het rijk der vooroordelen. Soolmaan biedt een enorme diversiteit
en is gemaakt met veel inzet en speelplezier. Jansen blijkt tot veel meer
in staat dan oppervlakkige vertolkingen van jazzstandards en popsongs.
Probleemloos zingt ze het quasi-Hongaarse Béla, het complexe bebopstuk Bo
Bip, het opera-achtige Song of a Bitch en het cabareteske Two to Tango.
De Haas streeft naar harmonische eenvoud en overzichtelijkheid. Hij speelt
veel noten, maar geen enkele is overbodig. Diezelfde helderheid kenmerkt
het spel van drummer Pierre Courbois; hoewel hij veel drukte kan maken in
zijn soli, weet hij precies wanneer hij een dienende rol moet vervullen.
Egon Kracht haalt een pracht van een toon uit zijn contrabas en soleert
met overgave.
Soolmaan is, kortom, het zeer onderhoudende debuut van een groepje dat
hoognodig eens in het Bimhuis moet spelen.
Jeroen de Valk, Parool, 3 oktober 1992 |
Een monument van
non-conformisme
Eerlijke keuzes
De cd is uniek in zijn soort om de uitgave door de Wereldomroep maar veel
meer nog om de muziek die er op staat. Het Quartet gaf bij de presentatie
een concert dat elke twijfel van het podium blies. Gelouterde musici als
De Haas en Courbois hebben lang genoeg geëxprimenteerd om nu eerlijke
keuzes te maken. Ze durven tegenwoordig uit te komen voor wat ze mooi
vinden. Het plezier dat daardoor aan het spelen wordt beleefd, was van hun
gezichten af te lezen. Non-conformisme in optima forma, dat is Soolmaan
geworden. Bartok, Berio, Coltrane, Paul Simon en Polo de Haas. Schijnbaar
onverenigbare invloeden zijn in het Polo de Haas Quartet heel verrassend
toch tot een eenheid geworden. Leoni zingt in feite de partijen van de
blazers maar heeft meer expressiemogelijkheden dan koper. Dat de jonge
Egon Kracht zich moeiteloos handhaaft naast deze giganten mag een
duidelijk signaal zijn. Het is eerder gezegd: Kracht wacht een grootse
toekomst.
De cd is even schitterend als het concert zondagmiddag was.
Luc Dördregter |